Skip to main content

Hypnotherapie

Hypnotherapie

Hypnotherapie

hypnotherapie

Hypnotherapie wordt als de oudste therapievorm en als de moeder van alle vormen van psychotherapie gezien.

Bij hypnotherapie wordt gebruik gemaakt van hypnose, ook wel trance genoemd, om tot therapeutische verandering te komen. Zogenaamde primitieve culturen hebben op diverse wijzen altijd al gebruik gemaakt van trance. Denk bijvoorbeeld aan het zingen en trommelen van sjamanen, waardoor de omstanders in trance raakten, of aan trancedans rituelen. Het woord hypnose is afgeleid van de Griekse God van de slaap en en suggereert ten onrechte dat het een toestand van slaap zou zijn. In de middeleeuwen werd het in het westen toepasselijker 'fascinatie' genoemd.

Hypnotherapie biedt mensen de mogelijkheid om door middel van een ontspannen, gerichte aandacht en suggesties (therapeutische trance) open te staan voor een innerlijk veranderingsproces. Therapeutische trance is een ontspannen toestand van gerichte aandacht en zeker geen toestand van willoosheid zoals in de toneel of showhypnose word gesuggereerd.*

Hypnose wordt bij zowel psychische klachten zoals angsten en fobieën, alsook stressgevoelige lichamelijke klachten:  vormen van hypertensie, chronische pijn, hoofdpijnen en het prikkelbare darm syndroom toegepast.

Vele bekende grondleggers van psychotherapie, zoals Freud, Jung, Janet en vele anderen hebben hypnose in hun praktijk toegepast. Tot 1920 – maakte de hypnotherapie – ook wel klassieke hypnose genoemd – veelal enkel gebruik van suggesties tot genezing en verandering, met uitzondering van Pierre Janet. Zijn fasen behandeling en psychologie vormt thans internationaal erkend de basis voor behandeling van ernstig, chronisch getraumatiseerde mensen.

Tegenwoordig maakt de moderne hypnotherapie naast suggesties gebruik van een rijk scala aan - op het individu afgestemde, technieken die de innerlijk oplossende vermogens (de zogenaamde hulpbronnen) stimuleren en activeren.

*Bij toneel of showhypnose wordt, in tegen stelling tot hypnotherapie, doorlopend macht van de hypnotiseur gesuggereerd over de proefpersonen die op het toneel staan. Vaak ook bij verschijnselen die helemaal niets met hypnose zelf te maken hebben (bijvoorbeeld het vermogen van het lichaam om hitte te verdagen zonder blaren te krijgen). Bij toneelhypnose beschikt de hypnotiseur over technieken en veel ervaring om hypersuggestiebele personen uit het publiek te selecteren. Mensen die weten dat het de bedoeling is om raar te gaan doen en een publiek te vermaken en indirect aangeven daar geen bezwaar tegen te maken en de hypnotiseur hierin te volgen. Vanuit de sociale psychologie is het bekend dat mensen dingen kunnen doen die ze normaal nooit zouden doen, zodra ze de verantwoording voor dit gedrag aan een ander of iets anders kunnen toeschrijven dan henzelf; in dit geval aan de hypnose.

Direct Contact?

Wetenschappelijk onderzoek in de hypnotherapie

Wetenschappelijk onderzoek in de hypnotherapie

De Amerikaanse hoogleraar psychologie Kirsch, die hypnotherapie als psychotherapie in miniatuur ziet, doorbrak in 1990 als eerste de mythe dat alle vormen van psychotherapie ongeveer even goed werken.
Uit aanvankelijk meta-analyse onderzoek kwam naar voren dat cognitieve therapie en hypnotherapie meestal werkzamer zijn dan andere benaderingen; en dat hypnotherapie vaak het meest effectief is.

Echter in verdere onderzoeken in de VS werd hypnotherapie helaas niet meer meegenomen.

Reden hiervoor was dat de American Psychological Association (APA) stelde dat hypnotherapie niet als een specifieke vorm van therapie zou bestaan. Dit vanwege een gebrek aan een eensluidend theoretisch model van psychopathologie (ziekteleer van de geest) en daaraan gerelateerde interventiestrategieën.
Hypnose wordt door de APA dan ook gezien als een losstaand hulpmiddel, dat op veel verschillende wijzen is toe te passen. Schijnbaar heeft de APA zich hierbij meer door de verschillen dan door de overeenkomsten binnen de hypnotherapie laten leiden. In europa erkent de Europese Associatie van Psychotherapie (EAP) hypnotherapie echter wel als een specifieke vorm van psychotherapie.
Verdere onderzoeken in de VS, naar de effectiviteit van erkende, reguliere behandelingen en therapieën wezen uit dat wanneer zij aangevuld werden met hypnose, de resultaten significant gunstiger waren dan wanneer dezelfde behandelingen zonder hypnose werden toegepast.
Naast bovenstaande, getuigen vele verslagen en een enorme hoeveelheid vakliteratuur van de waarde van hypnotherapie bij het krachtiger maken en het succesvol behandelen van cliënten.

Technieken in de hypnotherapie

Technieken in de hypnotherapie

Eenmaal in hypnose wordt u begeleidt in het werken met diverse technieken. De keuze van de technieken is afhankelijk van uw individualiteit, problematiek en uw doelen.
Zo kunt u bijvoorbeeld werken met zogenaamde 'opbouwende' (egoversterkende) technieken, die gericht zijn op het vinden en ontwikkelen van innerlijke kracht en andere hulpbronnen: gedragingen, gevoelens, inzichten die u nodig heeft om uw doelen te bereiken. Deze technieken zijn meer op het heden en de toekomst gericht.
Ook kunt u werken met zogenaamde 'ontdekkende' technieken. Zoals het werken met conflicterende kanten van uzelf, ook wel 'persoonlijkheidsdelen' genoemd. Met name wanneer u tot uw eigen verbazing steeds iets doet wat u eigenlijk niet wilt, of u doet juist iets niet wat u zichzelf steeds weer voorneemt.
Ook de mogelijkheden tot het werken met beladen herinneringen, of aan een problematisch verleden vallen hieronder.

Voorbeelden opbouwende, ego-versterkende technieken

U kunt zich naar een probleemvrije toekomstige situatie verplaatsen, om vandaar' terug te kijken' naar wat belangrijk was in het bereiken van uw doelen.

Ook kunt u imaginair contact maken met een adviserende, 'vitale oudere zelf', die al heel lang geleden uw huidige problemen heeft opgelost.
U maakt al dan niet symbolisch, contact met uw innerlijke kracht, of inspiratie. U gaat op zoek naar positieve momenten in uw levensgeschiedenis, zoals momenten van creativiteit, eigenwaarde, durf. U beleeft ze opnieuw, waarbij u de positieve gevoelens met de daarbij behorende gedachten en gedragingen leert te versterken.
Vervolgens leert u ze opnieuw te gebruiken tijdens lastige situaties in het heden. U leert een positiever zelfbeeld te ontwikkelen, om vervolgens van daaruit te handelen.

Werken met het verleden

Wanneer het nodig is om met pijnlijke jeugdervaringen te werken, zijn er ook hier diverse mogelijkheden. Zo kunt u vanuit een rustig, ontspannen gevoel, als een volwassen toeschouwer, terug kijken naar het kind dat u vroeger was. Een situatie waarin u als kind bijvoorbeeld voor het eerst belemmerende overtuigingen over uzelf ontwikkelde.
Overtuigingen zoals: "er is iets mis met me, ik ben niet goed genoeg, ik ben machteloos, het heeft geen zin om voor mezelf op te komen". U kunt dan als volwassene alsnog het kind dat u vroeger was gaan helpen om tot een corrigerende ervaring te komen.

Hypnotherapie en hypnose

Hypnotherapie en hypnose

Hypnose laat zich goed omschrijven als "een innerlijk, naar binnen gerichte aandacht, waarin u zover opgaat, dat u zich losmaakt van de omgeving en opgaat in een eigen innerlijke werkelijkheid".
Doordat u uw aandacht op een ontspannen wijze naar binnen leert te richten, ervaart u de hypnose als een prettige ontspanning en rust. In de middeleeuwen werd het veel toepasselijker 'fascinatie' genoemd.
Spontane hypnotische trancemomenten en verschijnselen komen regelmatig in het dagelijks leven voor, vaak zonder het op te merken. Iedereen kan dan ook hypnose ervaren en het doelgericht leren toepassen.
Hypnose is niet, zoals veel mensen denken, een toestand van slaap, bewusteloosheid, of van helemaal weg zijn.
Al bent u nog zo diep in hypnose, en gaat u nog zo intens in iets op; u weet tegelij­kertijd wat er met u gebeurt en waar u in werkelijkheid bent.
U kunt ieder moment wanneer u dat wilt weer uit de hypnose terugkomen. Net zoals bij het kijken naar een spannende film; u zit er helemaal in alsof u het zelf meemaakt. Toch blijft u zich ervan bewust dat u naar een film kijkt, waar u ieder moment mee kunt stoppen.

Voordelen van therapeutische hypnose

  • Tijdens de hypnose bent u niet enkel met uw 'denken' bezig, maar ook met hoe u innerlijk iets ervaart; hoe iets eruit ziet, klinkt en voelt. Dit geeft meer diepgang aan uw ervaringen.
  • Door de ontspannen naar binnen gerichte aandacht heeft u een betere toegang tot uw probleemoplossende vermogens, ook wel innerlijke hulpbronnen genoemd.
  • Elke herinnering of voorstelling, met de daarmee gepaard gaande gevoelens, gedachten, gedragingen en gezichtspunten, welke mee helpt aan een oplossing kan een hulpbron zijn.
  • In hypnose heeft u toegang tot een groter gebied van uw innerlijk, zodat u veel beter kunt werken met wat onbewust in u leeft.

  • In hypnose kunt u bepaalde aspecten van uw ervaring versterken of juist afzwakken. In feite beschikt u in hypnose over een grotere innerlijke controle dan gewoonlijk.

  • Door de rust en de ontspanning tijdens de hypnose, bent u in een meer creatieve stemming en u staat meer open voor nieuwe mogelijkheden ideeën, en gezichtspunten.

Het grootste voordeel van hypnose is het vermogen om toegang te krijgen tot - en het mobiliseren van - behulpzame bronnen en krachten in uzelf. Hulpbronnen die vaak grotendeels onerkend, ongebruikt of onderontwikkeld zijn.
Hypnotherapie helpt om deze vermogens specifieker en gemakkelijker toegankelijk te maken.

Toepassingen van hypnotherapie

Toepassingen van hypnotherapie

Hypnotherapie – ook wel hypno-psychotherapie genoemd, wordt op een breed terrein van klachten toegepast.

Zoals u bij de opsomming hieronder kunt zien, beslaat hypnotherapie hetzelfde toepassingsgebied als reguliere psychotherapie. Hypnotherapie vergemakkelijkt en maakt de toepassing van psychotherapie vaak effectiever, als hulpmiddel of als alternatief. Daarnaast heeft hypnotherapie ook een pre bij klachten die als zeer autonoom optredend worden ervaren. Klachten waarbij u weinig tot geen bewuste controle op kunt uitoefenen, zoals diverse pijnklachten.

  • Gedragsproblemen, zoals een gebrek aan assertiviteit.
  • Conversiestoornis
  • Dissociatieve stoornissen.
  • Dwangmatige problemen, zoals roken en andere ongewenste gewoonten.
  • Stress, stressgevoelige (lichamelijke) klachten en chronische pijnklachten.
  • Emotionele problemen, zoals verwerking van rouw en andere pijnlijke gebeurtenissen.
  • Klachten van depressieve aard, depressies, onzekerheid, minderwaardigheidscomplexen, burnout.
  • Angst en angsten, zoals faalangst, examenvrees, fobieën, paniekaanvallen, paniekstoornissen.

Meer artikelen …